Een kersverse adoptiehond in huis? Neem een maand vrij!
Bijgewerkt op: 1 jan. 2022
In dit artikel probeer ik duidelijk te maken dat het niet overdreven is om minimaal een maand vrij te nemen als je een adoptiehond uit het buitenland krijgt, ook als je hond al volwassen is. Ook geef ik aan wat je in die maand kunt doen om je hond en jou (en je gezinsleden) een goede start te geven. Hierbij ga ik dit keer wat dieper in op achterliggende theorie, maar wees niet bang. Met voorbeelden wordt alles duidelijk.
Een maand?!
Een maand vrij? Hangt dat niet heel erg af van de hond? Dat klopt helemaal! Een hond uit Spanje die bij een gezin is opgegroeid en daarna naar een asiel is gebracht heeft een heel andere achtergrond dan bijvoorbeeld een ex-zwerfhond uit Roemenië. Hetzelfde geldt voor een hond die rechtstreeks uit het buitenland komt en een andere hond die eerst een aantal weken in een Nederlands gastgezin is geweest. Mogelijk is het voor een ex-zwerfhond uit Roemenië die na een lange reis in jouw armen belandt een stuk moeilijker dan voor een Spaanse hond uit een gastgezin, maar elke hond is anders. Hoe de hond op zijn nieuwe omgeving reageert, is niet altijd voorspelbaar op basis van zijn achtergrond.
Een maand vrij is een richtlijn. Het kunnen ook vijf of zes weken zijn. Het is per hond en per situatie verschillend. Gun jou en je hond de tijd. Gaat alles al snel goed, geniet dan van de tijd die je over hebt. Leer elkaar beter kennen en geniet van elkaar. Houd er rekening mee dat het ook langer kan duren, bijvoorbeeld omdat je hond moeite heeft met alleen zijn.

De piramide van Maslow
Stel je voor: je wordt morgen in huis opgepikt door twee mannen die je in een geblindeerd busje stoppen. In het busje is het donker en je kunt niet naar buiten kijken. Onderweg kun je niet naar het toilet. Na twee dagen reizen word je uit het busje gehaald. Je hebt geen idee waar je bent en komt in een vreemd huis terecht met mensen die je niet kent en niet verstaat.
Twee dagen in een donker busje zitten, terwijl je je ontlasting op moet houden zorgt er niet bepaald voor dat je lekker in je vel zit. Misschien kun je bij aankomst naar het toilet, douchen en langzamerhand wennen aan het licht. Op dat moment worden langzamerhand je biologische behoeften vervuld. Dit heeft op zijn minst een paar dagen tijd nodig.
Na een paar dagen dringt tot je door wat er is gebeurd. Je bent weg van je vertrouwde plek, je weet niet waar je bent en zit met vreemde mensen in een huis die je niet verstaat. Je voelt je onveilig en dat zal nog wel even duren. Zolang je je onveilig voelt, ben je niet echt sociaal naar de mensen die je hebben meegenomen. Misschien ben je uit angst agressief naar ze. Langzamerhand begin je de taal te begrijpen en ontdek je waar je terecht bent gekomen. Als je er ook nog achter komt dat deze mensen aardig voor je zijn, begin je je wat veiliger te voelen.
Fysieke behoeften, veiligheid en sociale contacten zijn de eerste drie behoeften van de piramide van Maslow (1943, 1954). Volgens zijn theorie kun je pas veilig voelen als je biologische behoeften zijn vervuld en kun je pas sociale contacten aangaan als je je veilig voelt.
De hiërarchie van behoeften van dieren
Bij honden werkt dit niet echt anders. De hiërarchie van behoeften van dieren is volgens Mills en anderen (2013):
1. Fysieke stabiliteit en balans
2. Veiligheid voor hemzelf, resources en anderen die belangrijk zijn voor het dier
3. Sociaal gedrag als onderdeel van een groep
4. Vertrouwen en mogelijkheid om om te gaan met onzekerheid
5. Problemen oplossen (Bladder, 2018).
Natuurlijk wil je graag dat je hond zich sociaal gedraagt, maar dat kan hij pas bij (1) fysieke stabiliteit en balans en (2) gevoel van veiligheid. Denk nu eens terug aan het verhaal over je reis in het geblindeerde busje. Misschien ervaart een ex-zwerfhond die rechtstreeks vanuit het buitenland in jouw armen belandt de situatie wel hetzelfde. Nog afgezien van zijn verleden op straat zijn en de stress tijdens de reis, zijn zijn fysieke stabiliteit en balans en veiligheid behoorlijk aangetast. In de komende paragrafen geef ik aan hoe je deze langzamerhand weer kunt teruggeven. In een maand kun je vaak een redelijk basis opbouwen om tot sociaal gedrag te komen. Voor (4) vertrouwen en de mogelijkheid om om te gaan met onzekerheid en (5) problemen oplossen is langere tijd nodig. Een half jaar of langer is niet ongewoon.
Fysieke stabiliteit en balans
De beste manier om de fysieke stabiliteit en balans te herstellen is rust en regelmaat.
1. Geef je hond een rustige plek waar hij kan bijkomen van zijn mogelijk hectische bestaan voordat hij bij mij jou kwam, de reis en kan wennen aan zijn nieuwe omgeving en aan jou (en de andere gezinsleden).
2. Misschien moet hij ook wennen aan ander eten. Dit kan maag- en darmklachten veroorzaken. Komt je hond uit een opvanggezin, dan is het goed om na te vragen welk voer hij daar heeft gehad en dat in ieder geval de eerste periode te geven
3. Creëer regelmaat door een vast dagritme van eten, wandelen, spelen, slapen, etc. aan te houden. Houd er rekening mee dat je de eerste nachten niet goed slaapt, omdat je hond onrustig is.
Veiligheid
1. Creëer voor je hond een veilige plek om te eten, drinken en slapen. Je kunt voor de veilige plek een bench een mand en/of hekjes gebruiken. Het is in het begin even zoeken wat je hond fijn vindt. Een bench gebruik je niet zomaar. De eerste dagen houd je het deurtje altijd open. Het fijnste is om hekjes om de bench te zetten, zodat het deurtje nooit dicht hoeft. Wil je dat je hond gedurende korte tijd in de bench kan verblijven, start dan daarna met benchtraining. Let op: voor sommige honden is een bench not done! Dat kan bijv. als je hond in het buitenland in een klein hokje van een dodenstation heeft gezeten of op een andere manier nare ervaringen of een trauma van kleine ruimtes heeft opgelopen. Als je hond uit een opvanggezin komt, kun je het opvanggezin om tips vragen.
2. Slaap de eerste nachten bij je hond. Je kunt de hond bij je op de slaapkamer laten slapen of je gaat bij de slaapplek van je hond liggen. Daarna vergroot je langzamerhand de afstand.
3. Het is ook belangrijk dat je hond het gevoel heeft dat zijn eten, drinken, speeltjes en andere dingen die hij belangrijk vindt, veilig zijn. Laat hem rustig eten en drinken. Gromt hij als je iets wilt pakken, doe dit dan niet.
4. Je hond is vaak al zindelijk als hij uit een opvanggezin komt. Mogelijk plast hij toch in huis vanwege zijn angst. Dit gaat vanzelf over als hij zich veilig voelt.
5. Laat je hond nog niet alleen. Dit kan zijn gevoel van veiligheid enorm aantasten.
6. Laat je hond op tijd met rust. Dwing geen sociaal contact (zoals spelen, aaien, knuffelen) met jou af. Vanuit de hiërarchie van behoeften weet je dat veiligheid vóór sociaal gedrag als onderdeel van een groep (gezin) gaat. Als je hond extreem bang is en reageert als je door het huis loopt, beweeg dan rustig door het huis (liefst van hem af) en zeg wat je gaat doen. Kijk je hond niet in zijn ogen en loop niet recht op hem af. Houd de eerste weken visite buiten de deur, wees voorzichtig in het contact met kinderen en sleep hem niet overal mee naartoe, ook niet naar de hondenschool.
In het gewenningstraject van de Zwerfhondenschool geven we de eerste maand dat de hond bij je is online begeleiding, zodat jij je hond in jouw omgeving zo goed mogelijk kunt begeleiden. Na een maand breiden we het traject zo mogelijk rustig uit.

Gaat het goed?
Sommige eigenaren denken al snel dat het heel goed met hun hond gaat, omdat hij zo rustig is en alles netjes doet. Maar vaak is dat uit lijfsbehoud. Hij is nog steeds op zoek naar fysieke stabiliteit en balans en veiligheid. Hierbij is het ook goed om je af te vragen hoeveel je weet van lichaamstaal. Zie je de subtiele (stress)signalen van je hond? Gemiste signalen kunnen later tot problemen leiden. Heb geduld.
Kruipt je hond al wat meer uit zijn schulp, is hij vrolijk en binnen en zie je aan zijn subtiele lichaamstaal dat hij buiten niet (meer) bang is? Dan kun je langzamerhand meer met hem gaan doen, zoals wat verder gaan wandelen en met elkaar spelen. Dat kan heel positief zijn voor de onderlinge band. Heerlijk toch?
Wil je met je hond een goede start maken? Doe dan mee aan de challenge De eerste 100 dagen met je buitenlandse hond.
Referenties
Bladder, M. (2018). Kijk eens naar je hond. Aan de slag met zijn gedrag. Deventer: Edicola.
Maslow, A. H. (1943). A Theory of Human Motivation. Psychological Review, 50(4), 370-96.
Maslow, A. H. (1954). Motivation and personality. New York: Harper and Row.
Mills, D., Dube, M. en Zulch, H. (2013). Stress and Pheromonatherapy in Small Animal Clinical Behaviour. New Jersey: Wiley-Blackwell.
Dit artikel is geschreven door Michel Berendsen van de Zwerfhondenschool. Overname is zonder toestemming niet toegestaan. Delen van deze link via social media wordt op prijs gesteld.
#nieuwehond #adopteren #adoptie #buitenlandsehond #adoptiehond #honduithetbuitenland